Debutant Inter Rijswijk verrast regerend kampioen Peelpush

In dit artikel:

Op de openingsdag van de Superdivisie heren zorgden meerdere promovendi voor verrassingen en bleken gevestigde clubs kwetsbaar. In Meijel pakte promovendus Inter Rijswijk direct een knappe uitzege bij landskampioen Peelpush: 1-3 (15-25, 22-25, 25-20, 22-25). Inter domineerde vooral vroeg door veel servicedruk en een solide blokwerk, Peelpush vocht zich wel terug in set drie maar kon de beslissende vierde set niet meer keren.

Ook VoCASA haalde onverwacht uit door vorig seizoen tweede van de ranglijst, Taurus, met 2-3 te verslaan (25-22, 25-18, 17-25, 22-25, 15-17). Taurus-trainer Dennis Gelissen constateerde dat zijn ploeg aanvankelijk goed speelde, maar dat de servicedruk wegviel waardoor VoCASA de passing en setting beter onder controle kreeg. Een opvallende factor was de scorende diagonaal van VoCASA (ruim veertig punten) en de uitblinkende libero, die samen van grote invloed waren op de krappe vijfsetter. Gelissen noemde het een leerzame wedstrijd, mede door de beperkte selectie en een blessure van Dylan Boerefijn.

Sliedrecht Sport Heren 2 begon met een 3-1 thuiszege op Sudosa (23-25, 25-14, 25-16, 25-23). Sudosa’s trainer ontbrak, waardoor assistent Leon Koehorst coachte. Sliedrecht had moeite in set 1, maar kwam onder leiding van de nieuwe technische staf—waaronder hoofdtrainer Marnix Elbers en assistent Albert Stek—sterk terug. Libero Joël Blokland zorgde voor stabiele passlijnen, spelverdeler Jelle van Rekom dirigeerde het spel effectief en meerdere spelers leverden scorend en verdedigend belangrijke bijdragen.

Promovendus Alterno gaf ook een goed visitekaartje af met een 1-3 overwinning bij Zaanstad (25-23, 22-25, 19-25, 19-25). Trainer Harry van den Brink was tevreden; na een smalle openingsset veranderde zijn ploeg tactisch en hield zo de controle in de rally’s. De andere promoverende ploeg, Dynamo 2, begon met een nipte 3-2 nederlaag bij Keistad (21-25, 25-16, 25-22, 22-25, 15-13).

Kort samengevat: de eerste speeldag toonde dat promovendussen meteen meedoen op het niveau, gevestigde teams kwetsbaar zijn bij wegvallende servicedruk of krappe selecties, en dat individuele uitblinkers (scorende diagonaal, sterke libero) vaak het verschil maakten in de beslissende sets.